| On Chesil Beach Ian McEwan “Ze waren jong, welopgevoed en allebei nog maagd op deze avond voor hun huwelijksnacht, en ze leefden in een tijd dat een gesprek over seksuele problemen ronduit onmogelijk was. Maar eenvoudig is dit nooit.” Dat zijn de eerste regels uit het recente boek van de Engelse schrijver Ian McEwan, On Chesil Beach. Daarin staat meesterlijk samengevat wat McEwan gaat vertellen. Het is het verhaal van Florence en Edward, die hun eerste huwelijksnacht beleven, ergens aan zee, aan Chesil Beach. De omstandigheden zouden niet verrukkelijker kunnen. Maar de zenuwen gieren door de kelen. De verwachtingen bij de jongen zijn hoog gespannen. Te hoog, zoals zal blijken. Nu zal het moeten gebeuren, de daad wordt verricht, eindelijk zullen Florence en hij samensmelten, een worden. Hij heeft twee weken niet gemasturbeerd, om maar beslagen ten ijs te komen. Maar bij Florence bestaat de vrees dat alles op een geweldige teleurstelling uitloopt. Zij kon er al niet tegen dat hij zijn tong in haar mond naar binnendrong. Ze moest er bijna van kotsen. De harde waarheid ligt op de loer: een onaangename confrontatie van blote lichamen, waarbij de ene mens de ander binnendringt, penetreert en daar iets verricht, wat in de literatuur wordt gezien als het emotioneel mooiste in de mens, maar wat alleen maar kan uitlopen op een slijmerige, glibberige knellende ervaring. Vroeger gaven moeders uit de upperclass hun eerbare dochters die van niets wetend door hun echtgenoot zouden worden besprongen een goede raad: “Just close your eyes and think of England.” In deel 1 worden in minder dan dertig pagina’s de rampspoedige ervaringen van de echtelieden in hun eerste huwelijksnacht uit de doeken gedaan. Het hoogtepunt, of laten we maar liever zeggen, het verschrikkelijk dieptepunt, hebben we dan nog niet gehad. Dat wordt pas uitvoerig uiteengezet in deel 3. Eerst komt deel 2, waarin zoals altijd bij McEwan de zaken op een rijtje worden gezet, structuren worden geschetst van levens, hints worden gegeven, waarom het zo is gegaan, verklaringen worden geopperd voor mislukkingen. Hij is uit een eenvoudig milieu, vader onderwijzer in een klein dorpje, moeder dement door een ongeluk waarbij haar schedel werd gekraakt. Hij is een succesvol geschiedenisstudent en bereidt een proefschrift voor. Zij is uit een middle class familie, vader zakenman, moeder filosofe, beiden emotioneel afstandelijk. Zij studeert viool en is gestart met een strijkkwartet van collega-vrienden. In deel 3 komt dan de ondergang, het ondergaan van de paring, de verschrikkelijke kladderadatsch van de daad, de ondaad, de misse daad. In een poging om hem, ondanks haar weerzin, nog enigszins tegemoet te komen pakt zij haar minnaar bij de ballen en wil zijn geslacht bij haar naar binnen brengen. Dat is bij een man die in een situatie verkeert, waarbij hij zich mentaal zo verbeten op een goede prestatie heeft gericht, fataal. Tot eigen verbazing komt hij zo maar klaar. Wat een ontgoocheling. Het geluk vliegt hem als het ware bij wijze van ejaculaat door de vingers. Wat een is seksualiteit bij de man toch vaak een menselijk tekort. Mannen met vingervaardige handen zullen als zij hun geliefde strelen een glimp van vermoeden hebben hoezeer het onderhuids bruist van de chemische reacties. Maar alle opwinding bij de man is geconcentreerd in een nogal extern, als het ware buiten het lichaam gelokaliseerd beperkt universum van geslachtelijkheid, een balzak en een wormvormig aanhangsel, dat wanneer het zich verheft de prettigste sensatie verschaft in wat ook nog eens ‘eikel’ wordt genoemd, ook wel synoniem met ‘oen’ of ‘dumbo’. Een soort strekdam, een pier van Scheveningen, zich ver van de kust uitstrekkend, om de mensen nog meer van de zee te laten genieten. Een Vesuvius,die werkt en erupteert, dood en verderf zaaiend onder de plaatselijke bevolking. Nee, in sexualibus is de man zelden een wonderkind en meestal een total loss. Florence blijft in totale verslagenheid achter door de wonderlijke, potsierlijke ejaculatie. Ze “heeft geen verweer meer tegen haar instinctieve walging, haar primitieve afschuw te worden overgoten met vocht, met slijm uit een ander lichaam.” En ze verwijt hem dat hij te ver is gegaan. Ze moet bij hem vandaan. Ze laat hem in de steek en vlucht naar buiten naar Chesil Beach. En we denken nu wel, dat het met die achterlijke Victoriaanse tijd te maken heeft, maar McEwan laat duidelijk merken, dat veel vrouwen bepaald niet staan te springen – excusez le mot - om ontmaagd te worden door hun dierbare, o zo onhandige, verse echtgenoten. In deel 4 komt Edward weer aan het woord en wordt weer teruggegrepen op de tijd voor hun trouwen, de langzame toenadering, de liefde die er tussen hen was, gevoed enerzijds door het verzet van Florence tegen haar omgeving en wat betreft Edward door de bevrijding uit zijn milieu. Dan verwijt Edward haar dat ze zich onbeschaamd heeft afgewend en is gevlucht. Schandelijk. Nu is het dus oorlog en het komt niet meer goed. Als ultieme straf heeft hij het laatste oordeel klaar waarmee iedere gefrustreerde man een uitweg zoekt uit zijn dilemma: “Je bent frigide.”. Hebben we hier te doen met een klassendrama, in plaats van met een casus van twee gelieven die ten onrechte geen cursus bij de NVSH hebben gevolgd? Nee, want in deel 5 volgt de apotheose. Hij komt haar achterna het strand oplopen, waar zij naartoe is gevlucht na de abrupte ontknoping van hun geaborteerde seksuele inauguratie. ‘Ik laat me door jou niet vernederen’, zegt hij tegen haar. ‘En ik laat door jou niet met me sollen’, zegt zij. Zo blijft het. Ze zijn vijanden geworden. Door elkaar verslagen. Maar McEwan zou McEwan niet zijn, als hij niet een korte moraal aan het verhaal vastknoopte (zoals bijv. in Atonement). Met Florence gaat het goed. Ze wordt de beroemde primarius van haar strijkkwartet die ze graag wilde zijn en oogst artistiek succes. Met Edward wordt het niets. Hij rookt weed, speelt wat jazz, heeft een platenzaak, verslijt diverse vrouwen zonder veel liefde, lijdt eigenlijk een wat verloederd bestaan. Aan het eind bepeinst hij: “Met liefde en geduld - had hij beiden nu maar bezeten - zouden ze het samen vast hebben gered.” En afsluitend laat McEwan zijn mannelijke hoofdrol overwegen: “Zo kan dus een hele levensloop worden veranderd – door niets te doen.” Heren, wij zijn gewaarschuwd. Door Ian McEwan. Marius Aalders |